Tre Systrar (drie Zussen) - 66
Datum: 11-12-2017,
Categorieën:
Romantisch,
Auteur: Maxine, Bron: Opwindend
... mijn overgrootmoeder wel eens gehoord, of niet?’‘Ja, dat heeft Ingrid me verteld. Hoezo?’‘Isabel had een bepaalde voorspellende gave. Ik heb die ook. Ik kan de toekomst zien, maar het is niet zoals je denk dat het is. De toekomst laat alleen zien, wat het me wil laten zien. Jouw toekomst is al lang vastgelegd, net als die van mij en ook die van Tørre.’‘Tørre? Ja, daar moeten we ook eens over praten. Hij wil weer terug naar Noorwegen.’‘Hij gaat niet, Lasse. Niet zonder jou. En bovendien wacht hem hier ook nog iets, vergelijkbaar met jou.’‘Hoe bedoel je dat, Roald?’‘Daar zeg ik nu verder niets over, het gaat nu over jou. Wat ga je nu doen?’‘Ik weet het nog niet, Roald. Het is nogal pril, maar ik vond het eigenlijk niet netjes, dat ik verliefd aan het worden was op de vrouw van mijn gastgever. Ik mag dan wel soms ruw zijn, maar mijn ouders hebben me netjes opgevoed.’‘Ja, je vader is een goede man. Ik heb een tijdje geleden nog met hem gesproken.’‘Je kent mijn vader?’‘Bij toeval. Ik ontmoette hem in het park, net toen Petra overleden was en we in Rana waren.’‘Daar heeft hij met niets over verteld! Werkelijk? Wist je, dat hij eigenlijk een Nederlander is?’‘Ja, dat heeft hij me verteld. Maar hij heeft me ook wel andere dingen verteld. Weet je bijvoorbeeld, waar hij je moeder heeft leren kennen?’‘Ja, in Zweden, vlak in de buurt, waar jij woont.’‘Niet vlak in de buurt, maar in het huis, waar ik woon, Lasse. Je vader heeft je moeder daar leren kennen.’‘Hè? Meen je dat nou? En ...
... hoe weet jij dat dan weer?’‘Je vader kende mijn overgrootmoeder. En die heeft ervoor gezorgd, dat je vader je moeder heeft leren kennen. Dus we zijn min of meer al met elkaar verbonden.’‘Dat kan ik niet geloven!’‘Je kunt het hem best vragen, ik denk dat hij je mijn antwoord wel kan bevestigen.’Het is dan even stil tussen de beiden. Ze kijken uit over de zee, en het geeft Lasse de gelegenheid om na te denken. Opeens zegt hij: ‘Roald, stel dat ik zou besluiten om hier te blijven. Zou je me dan kunnen helpen? Ik weet, ik verlang veel van je, misschien wel heel veel. Maar ik ben hier in deze omgeving niet zo bekend en jij zou misschien wel een goed woordje kunnen doen bij wat bedrijven. Ik ben goed opgeleid, ik heb zelfs een titel, ingenieur.’‘Dat wist ik dus natuurlijk al. Maar ik wil je best wel helpen. Maar dan zou je wel even moeten solliciteren. Ik weet dat er nog mensen nodig zijn bij HRT.’‘Maar daar ben jij toch directeur?’‘Ja, dat klopt, maar ik heb er niet meer de dagelijkse leiding. Sinds ik het bedrijf heb overgenomen, heb ik daar geen tijd meer voor. Ik kom er nog wel regelmatig, maar ik ben zoveel tijd kwijt met het leiden van de overige bedrijven, dat er eigenlijk niet meer veel tijd overblijft voor HRT.’‘Maar technisch gezien, zou je dan nog mijn baas zijn.’‘Ja, indirect dan. En je weet wat we daar maken, dus wat let je om er te solliciteren?’‘Wow, dat zijn nogal eens kansen. Maar weet je, ik was al langer op zoek naar zo’n baan, en ik zag die vacatures ook wel ...